De langzame rit naar boven is in de achtbaan nooit het boeiendste gedeelte. Het mechanisme tilt het treintje ratelend naar boven, verder, verder, tot het steeds trager tikt en je vermoedt dat je nu toch wel bijna boven bent.
Bij If only duurde het trage stuk naar boven zó lang dat ik dacht dat dit het tempo van het hele boek was en dat het één lange klaagzang was op het leven van een man die te vaak de verkeerde beslissingen heeft genomen en daar steeds meer spijt van krijgt. Zó lang dat ik het boek weg wou leggen en er niet meer in verder wilde gaan, iets wat ik bijna nooit doe.
Ik weet niet meer precies hoe ik bij If only was gekomen of wie me het had aangeraden maar het stond op mijn scifi-lijst. Ik begon me af te vragen of het daar terecht op stond.
Uiteindelijk kwam het treintje bovenaan tot stilstand en eindigde deel 1.
Deel 2 is beter te verteren, heeft wat meer humor en meer avontuur. Let wel: deel 1 is nodig om 2 te begrijpen en waarderen. Maar vanaf daar begint het eigenlijk. Echte scifi is het niet (eerder fantasy): er is weinig technologie te bekennen en het gaat meer over de impact, de verandering dan over hoe dat precies werkt. Om geen spoilers te schrijven zal ik niets over de inhoud verklappen, maar ik vond de manier waarop Vizinczey het onderwerp benaderde lijken op oude scifi van bijvoorbeeld A.E. van Vogt en Poul Andersons Brain Wave.
Deel 1 had van mij korter gemogen maar de schrijfstijl is toegankelijk dus je leest er vlot doorheen. Het geheel was vermakelijk en bevredigend, met wraak, humor en wat feel-good.
Advies: lezen tussen twee dikke pillen van Asher door of zo.