Omdat ik enthousiast was over Beyond the hallowed sky, raadde Casper me Newton’s Wake aan. Newton’s Wake (2005) is ouder dan Beyond (2021), en hoewel je de hand van de meester erin ziet, ben ik blij dat ik Beyond beter vond: het maakt de vooruitgang van de schrijver zichtbaar.
Er is een zgn. Hard Rapture geweest: harde kunstmatige intelligentie heeft de technologische singulariteit gebracht en een groot deel van de mensheid naar een niveau getild dat voor de overblijvers onbereikbaar is, en vanuit hun oogpunt zijn de uploads verloren, onbereikbare en onnavolgbare genieën. Slechts enkelen zijn teruggekeerd – getekend en verknipt. Een deel van de overblijvers is de Aarde ontvlucht, een deel daarvan wil juist weer terug, en dat zorgt voor politieke spanningen tussen deze groepen.
Dit alles speelt zich af in een universum waarin het mogelijk is om sneller dan het licht te reizen via de skein, een netwerk van wormgaten die uitkomen op verschillende locaties. Het familiebedrijf van de Carlyles bestaat uit het op mafia-achtige wijze beheren van het door hen ontdekte netwerk. Hoofdpersoon is Lucinda Carlyle, die op een nieuwe locatie een tot dan toe geïsoleerde groep ontvluchters aantreft en de Carlyles helemaal niet kennen.
In het verhaal komen we erachter wat de oorsprong is van de skein en wat de nieuw ontdekte planeet ermee te maken heeft. Ondertussen komen we van alles te weten over de culturele gewoonten van de bewoners.
Wat ik geweldig vind aan Newton’s Wake is dat MacLeod niet meteen met een infodump komt over de kleinste wetenschappelijke dingen maar gaandeweg het verhaal wel wat achtergrond meegeeft. De idee dat sneller dan het licht reizen mogelijk wordt gemaakt door de technologische singulariteit is niet ondenkbeeldig en tegelijkertijd hoef je er weinig over uit te leggen als je in het perspectief van de achterblijvers blijft.
‘Too right,’ said Carlyle. ‘Every time. Once you reach Singularity, there are further Singularities within it, faster and faster, and in very short order the intelligences involved have fucked off out of our universe, or lost interest in it – we don’t know. What’s left is incomprehensible artifacts and stuff like the FTL drive and the wormhole skein.’
Wat ik minder vond was de sterke cultureel-politieke uitbouw van het verhaal. Tegenwoordig (nou ja, de laatste decennia) is dat een trend. Het is een trend die ik best kan hebben zolang het niet de hoofdmoot van een boek is. In Newton’s Wake had het voor mij wel wat minder gemogen, maar ik geef meteen toe dat dat een persoonlijke voorkeur is. Niet iedereen hoeft fan te zijn van de koude verhalen van Clarke, en MacLeod gaat op een beproefde manier te werk: hij schetst de cultuur van de geïsoleerde maatschappij door de ogen van een buitenstaander.
Typisch voor MacLeods verhalen is het Glasgowse accent van zijn hoofdpersonen. Ze zeggen dingen als: “It is an’ aw’. What a maroon.” Ik hou er wel van als een schrijver zijn eigen cultuur gebruikt voor zijn personages. Het dient niet echt een doel hier, behalve misschien dat je beter begrijpt wat de politieke en culturele achtergrond van de schrijver zelf is, en uiteindelijk schrijft iedereen vanuit zijn eigen ervaringen, dus waarom niet?
Moet je Newton’s Wake lezen? Dat hangt ervan af. Ga je puur voor de sci, dan is de fictieve cultuur misschien teveel van het goeie. Hou je vooral van een goed verhaal tegen een scifi-achtergrond dan is dit een steengoed boek waarin je je niet hoeft te vervelen.